Ik moet zeggen: ik heb de laatste tijd zelden zo gelachen als tijdens en vooral na de laatste Vereniging van Eigenaars-vergadering die ik onlangs had.
Ik moet eerlijk zeggen: ik heb een verleden met VVE’s. Ik ben ooit tot penningmeester gebombardeerd door mijn lieftallige ex tijdens mijn afwezigheid (waarbij zij dus opperde dat ik een heel goede penningmeester zou zijn: ik kan mijn eigen financiën nauwelijks bijhouden, laat staan die voor een geheel flat). Achteraf vind ik het humor; destijds vond ik het wel prima, tot de rekeningen zich op gingen stapelen, ik dingen moest gaan regelen en mensen mij aan gingen kijken wat betreft diezelfde rekeningen (die meestal ook nog handelden over dingen die mij als a-technicus numero uno niets zeiden). Leuk joh, penningmeester van een VVE. Groot succes: ik denk dat men daar nog steeds, ongeveer dertien jaar na dato, de klap niet te boven is.
Dat was trouwens in Groningen: toen de relatie daar op de klippen liep zwoer ik mezelf ook direct nooit meer in een VVE Bestuur plaats te gaan nemen. Daar heb ik me tot ongeveer een jaar geleden prima aan gehouden: ik heb tot twee jaar terug geen vergadering meer bijgewoond van een VVE: ik woon hier nu een jaar of tien/elf, dus ik heb er denk ik een stuk of negen gemist en ik denk dat gemist echt te sterk uitgedrukt is. Ik was er niet en vond het prima.
Tot twee jaar terug dus: vanwege de verhoging van de bijdrage en de steeds terugkerende ‘eenmalige’ kosten (ja, een contradictio in terminis, maar helaas waar) besloot ik me aan te sluiten bij Blok Buurman. Blok Buurman was tegen de verhogingen, was tegen elk meerjarenplan, was tegen viooltjes in het bloembed en was eigenlijk dus tegen alles. Dat klonk goed: zoals velen van jullie weten ben ik ook tegen veel, zo niet alles.
Eenmaal aangekomen bij de vergadering bleek al snel dat Blok Buurman bestond uit de Buurman zelf en ik. Twee man op een stuk of twintig: geen beste score. Al snel bleek destijds ook al dat Buurman zijn argumenten a. niet best waren en b. nog slechter geformuleerd werden door Buurman zelf. Helaas was mijn revolutiegevoel binnen drie minuten verdwenen (of eigenlijk al toen ik de zaal binnentrad: ik wist dat mijn buurt niet de meest levendige van Den Haag en omstreken is, maar de gemiddelde leeftijd lag hier rond de 107 en ik denk dat er tijdens de vergadering drie zijn overleden, maar dat laatste weet ik niet zeker: misschien waren ze het al vóór de vergadering).
Goed, dat was twee jaar terug, vorig jaar ben ik weer gegaan (eigenlijk met dezelfde reden). Bij binnenkomst werd ik direct geclaimd door Buurman, maar ik heb dat juk kunnen afgooien en toen echt niemand in de Kascommissie wilde ben ik toch maar toegetreden. Een vlaag van verstandsverbijstering, maar destijds vond ik het zo rot voor die mensen daar voorin die zaal die de wanhoop nabij waren omdat niemand van de 107-jarigen überhaupt nog een computer kan opstarten, laat staan een Balans of P&L-rekening zouden kunnen openen. Giers offerde zich.
De Kascommissie was prima hoor, één avondje een beetje klikken en klaar. Dus weer op naar de VVE-vergadering! Het gekke is: zo langzamerhand verheugde ik me erop net zoals ik me vroeger op ‘Buren’ van de VPRO kon verheugen: ik vind het prachtig als mensen uren kunnen zeiken op of over niks. Kleine ergernissen waar enorm over gediscussieerd moet worden door mensen: voer voor fijnproevers en voordat je het weet zit je mee te praten over een tegeltje dat los zit bij de kelderboxen.
Het moment dat je beseft dat je daadwerkelijk in een discussie zit die over de liftdeur gaat die niet goed sluit: onbetaalbaar, zeker aangezien ik die hele lift nooit gebruik en het me werkelijk waar niets kan schelen of die nou goed sluit of niet. Ik word er dus in meegezogen, ik kies partij (bijna standaard tegen Buurman tegenwoordig) en ga discussiëren, omdat dat nou eenmaal gewoon een hobby is van me. Naarmate de avond vordert en de zoveelste discussie is uitgebroken (dit keer over een contributie die ‘we’ betalen voor iets wat kennelijk nooit nodig is geweest, hilarisch) begin ik eigenlijk al te lachen en dat doe ik pas echt hardop als ik weer thuis ben. Hier maken mensen zich dus druk om! Mozaïekjes, steentjes die los liggen, de kleur van de liftdeur en zo kan ik nog uren doorgaan. Prachtig, toch? Óf zal iedereen daar zo zitten als ik: lekker discussiëren over niks en je thuis het ongans lachen? Ik heb wel echt een hobby erbij en ga me denk ik ook in vreemde VVE’s mengen, of in ieder geval in de vergaderingen daarvan.
O ja, ik ben tegenwoordig ook Algemeen Bestuurslid van mijn eigen VVE. Mijn ego is toch sterker dan mijn ruggengraat.