Hersenspinsels, Pt. 9 – Duitsers

Duitsland – Nederland 2-4.

Jaja, we gaan naar Euro2020 (nou ja, dat moet haast wel nu) en zijn weer in extase!

Sorry, het blijft toch altijd een geweldig gevoel om van de Duitsers te winnen: ik weet bij mezelf geeneens waarom, want altijd als ik in Duitsland ben verbaas ik me er weer over hoe vriendelijk de mensen daar zijn. Ok, ze zijn ietwat opstandig geweest tot twee keer toe in de 20e eeuw, maar die gebeurtenissen liggen ver achter ons. In 1974 werd ik zelf geboren, dus die finale van het Wereldkampioenschap kan ook niet echt meespelen en in 1988 pakten we ze. In eigen huis, in de halve finale van het EK. Ik denk dat dat op dat moment het hoogtepunt was in mijn 12-jarige leven, groter geluk had ik niet gekend. We versloegen de Duitsers! Dat de mensen om mij heen toen nog wel een bepaald soort sentiment hadden was me wel duidelijk, maar ik had vooral een hekel aan Matthäus, Thon, Littbarski, Kohler en Brehme (de hekel aan Völler volgde twee jaar later), gewoon om hoe ze waren. Wist ik veel, iedereen haatte Matthäus, dus ik ook.

De daaropvolgende jaren werd het kommer en kwel. In 1990, Italië, verloren we kansloos op het WK, ondanks dat Frenkie (Frenkie de Eerste) nog wel even Rudi V. uit de wedstrijd haalde. Zelden een rochel zó toegejuicht. In Milaan verloor ons AC het van Internazionale. In 1992 op het EK In Zweden tikten we ze weer horendol. 1992, het kampioenschap dat we niet konden missen, we waren toen zo verschrikkelijk goed…tot Schmeichel anders besloot en de penalty van Van Basten pakte. Weg prolongatie, weg goede gevoel na de 3-1 overwinning op de Duitsers, weg gouden generatie. We speelden een paar keer vriendschappelijk tegen ze en troffen ze pas weer op een eindtoernooi in 2004 in Portugal: 1-1, Van Nistelrooij in minuut 81. De nieuwe gouden generatie speelde  (en ja, ook Andy van der Meijde deed mee, maar het is niet alles goud dat er blinkt), de generatie die de EK-titel in 2000 miraculeus misgelopen was door 24 penalties tegen Italië te missen (als ik Toldo ooit nog tegenkom…) en Duitsland had bijvoorbeeld een Kahn, Ballack, Hamann en Schweinsteiger die mij niet heel erg konden bekoren.

Die dekselse Duitsers (ok Evert ten Napel, ik haat het woord, maar het allitereert zo fijn!) kwamen echter in al die tussenliggende jaren wel tot finales en tot Europese – en Wereldtitels, meestal tot groot ongenoegen van mij en heel veel mensen om me heen. Maar waarom? Het is, denk ik, vooral het David tegen Goliath idee: het kleine Nederland tegen de grote overheerser. Het kleine, beperkte broertje tegen de grote sterke Arische broer die ons zoveel had gekost in het verleden. Bijna altijd onterecht verloren, of door hogere machten, of door…ja, roept u maar. In 2012 troffen we ze voor het laatst op een groot toernooi, wederom op een EK. Ergens ver weg in de Oekraïne speelde Nederland het meest erbarmelijke eindtoernooi sinds ik goed en wel voetbal kon kijken: kansloos eruit, kansloos 1-2 verlies tegen Duitsland (Mario Gomez twee maal, Mario fucking Gomez of all people, de meest beperkte spits bij Duitsland ooit) en dat nog wel tussen twee top WK’s in.

Toen de loting voor de Nations League was verricht werden we in onze poule volstrekt kansloos geacht: we hadden ons niet geplaatst voor het WK 2018 in Rusland (gewonnen door Frankrijk) en ook al niet voor het EK 2016 in Frankrijk (gewonnen door Portugal): het Nederlandse voetbal zat in een enorme dip, een dip die we vooral onszelf hebben aangepraat en die een selffulfilling prophecy is geworden: we waren echt niet slechter dan landen als IJsland, Turkije, Wales en Zweden. Echt niet. Mismanagement bij de KNVB en verkeerde keuzes in selecties alsmede de almaar zeurende achterban zorgden voor slechte resultaten en een vicieuze cirkel. De loting: Frankrijk en Duitsland. De nummer drie degradeert, de rest van wat er gebeurt snap ik geen hol van, maar ik begrijp wel dat bovenaan eindigen goed is. Wie die Nations League vlekkeloos kan uitleggen verdient een standbeeld. Na de loting werd direct gespeculeerd hoeveel goals we zouden moeten slikken en wanneer bondscoach Koeman de zak zou krijgen: hier was geen eer te behalen.

Echter, in de tussentijd faalde ook Duitsland in Rusland (uitschakeling poulefase, wat hadden we alsnog een lol, verliezen van Zuid-Korea hahaha) en ging er veel meer mis met Die Mannschaft. De Erdogan-volgelingen Özil en Gündogan kregen de volle laag vanwege een foto en het leed was geschied: alle creativiteit verdween in één klap uit de ploeg en de Kampfgeist waar dit team om bekend stond was grotendeels verloren. Er was iets goed mis bij de Duitsers.

Wij verloren onze eerste wedstrijd uit bij Frankrijk, zoals verwacht. Wat echter NIET verwacht was, was de intensiteit waarmee Nederland toch speelde: er was de afgelopen tijd door redelijke successen in Europa voor zowel Ajax als PSV een nieuw geloof geboren dat we weer mee konden en kunnen doen. Frenkie de Tweede gaf zijn visitekaartje voorgoed af (Giroud denkt sinds die dag dat hij een draaideur is en Griezmann wordt badend in het zweet wakker bij de naam ‘Le Jeune’) en Memphis is niet alleen voor de kerk, maar ook voor het voetbal herboren: wat een kracht, wat een power, wat een snelheid, wat een balbeheersing, wat een gigant. Neem daarnaast de Gentle Giant Killer Matthijs de Ligt en daarnaast de duurste verdediger aller tijden en je geraamte staat. Goed gedaan, Ronald. OK, we verloren met 2-1, maar dat dat op deze manier ging (we deden mee, hoera!!) was al heel wat, het was de Wereldkampioen waarvan we verloren.

En toen kwam de Grote Ommekeer. Nederland – Duitsland 3-0. DRIE NUL. DREI ZU NULL. Nederland – Duitsland. Geen damesvolleybal, geen Davis Cup, nee, een voetbalwedstrijd die nog half ergens om gaat ook. Geflatteerd? Ja. Maakt dat uit? Neen.

En na die hele nasleep van de Nations League waarin we de finale uiteindelijk verloren van Portugal (in Portugal, de slechtste wedstrijd onder Koeman denk ik) hadden we een valse start voor de EK Kwalificatie: we verloren met 2-3 in die Amsterdamse UFO van Duitsland na de eerste helft helemaal horendol gespeeld te zijn. Dat deed weer even pijn, maar de tweede helft gaf hoop. Intussen werd Noord Ierland groter gemaakt dan ze zelf ooit konden dromen en dus moesten we uit, in Hamburg, van die Duitsers winnen. Het moest en dus geschiedde. Na een vlotte 1-0 achterstand en wederom geen beste eerste helft stond de Next Generation op in de tweede helft, mede na de wissels van Dumfries en De Roon (zullen we die twee maar niet meer doen voorlopig, Ronald?). Twee- vier. Juichen! Dat deed ik. Om Memphis, om Frenkie de Tweede, om Virgil en Matthijs en, vooral, om Wijnaldum. Die heeft zo soms ineens een wedstrijd…pffff.

Dus zijn wij weer even de bovenliggende partij, jammer dat dat niet vlak voor het vakantieseizoen is gebeurd. Altijd lekker om Duitsers uit te lachen in Lloret, Salou, Chersonissos, Albufeira of op Mallorca. Nu die Noord Ieren nog even pakken (uit gelijk en thuis winnen is genoeg) en we zijn er weer bij! Overigens gaan de Duitsers ook gewoon (zoals het hoort).

VIER – TWEE in Duitsland winnen: Nooit vertoond en ik vraag me af of het ooit nog zal gebeuren, alhoewel de jeugdteams heel veel hoop geven voor de toekomst. Geniet ervan. Klotemoffen.

Hersenspinsels, Pt. 8: Er is geen bal op de TV…

Beau van Erven Dorens was vorig jaar de grootste winnaar op het Televizier-gala. Beau. Winnaar. Echt waar.

Ik heb hier trouwens geen mening over hoor (nou ja die heb ik wel, maar die is totaal ongefundeerd), want ik heb Beau zijn programma nog geen enkele keer bekeken. Dat geldt ook (zo goed als) voor de andere genomineerden, dus ik kan er totaal geen zinnig woord over zeggen buiten het feit dat alle drie deze programma’s het in mijn ogen niet verdienen om een dergelijke award te winnen: het is mainstream televisie waar ik over het algemeen zelden naar kijk. Ik heb twee afleveringen van ‘De Luizenmoeder’ gekeken, omdat mensen om mij heen dat als ‘hi-la-risch’ classificeerden…ik vond er echt helemaal geen ene reet aan. Ik heb er geen klik mee, ik herken de situaties niet als zijnde hi-la-risch en vind het humor waar ik niet om kan lachen: ieder zijn ding (dat er vervolgens hele kuddes huisvrouwen de kennelijk hi-la-rische regel ‘Dat vinden wij niet raar, dat vinden wij alleen maar heel bijzonder’ uit gaan spreken doet wel iets met me, ja en er zijn zelfs mokken en T-shirts van zie ik nu…elk woord is er nu verder één teveel). O ja, Expeditie Robinson was ook weer eens genomineerd, ik denk voor de 62e keer nu zo’n beetje. Expeditie heb ik één maal bekeken in den beginne (ik denk ergens rond 1978) en ook dat pakt me niet: ik kan het niet precies uitleggen, maar ik vind het gezocht en onzinnig van mensen die zichzelf veel te veel willen profileren.

Toch kijken er wekelijks miljoenen mensen naar deze programma’s en dat is natuurlijk hun goed recht: smaak valt nou eenmaal niet te betwisten. Wat in mijn ogen wansmaak is kan voor anderen prachtig zijn (jazz, anyone?). ‘De Luizenmoeder’ deed wel iets redelijk nieuws voor Hollandse begrippen, alhoewel de humor (welke ook alweer?) redelijk in het verlengde ligt van ‘Toren C’, waar ik eigenlijk ook nauwelijks om kan lachen en die ik vanaf nu dus ‘humor voor vrouwen van middelbare leeftijd’ noem. Kennelijk vinden die dit soort situaties en sketches om te gillen waar het mij slechts irriteert. Smaak, dus. Net als met muziek en met eten denken velen daar de juiste ‘smaak’ in of voor te hebben (ok, misschien bedoel ik mezelf…), maar er is geen juiste smaak, wat ik ook van andere stromingen vind.

Wat ik echter wel altijd opvallend vind is dat programma’s die in mijn ogen echt kwaliteit brengen niet worden genomineerd omdat er gewoon te weinig mensen naar kijken (dit wel met één uitzondering: in 1998 won Villa Felderhof). Het is natuurlijk een populariteitsprijs, maar dan blijft mij wel de vraag altijd hangen waarom er niet meer mensen kijken naar kwalitatief goede programma’s zoals ‘Langs de oevers van de Yangtze’ (of het vervolg daarop dat dit jaar is uitgezonden, ‘Door het hart van China’), ‘Onze man in Teheran’ en ‘Zomergasten’. Dat is geen pretentieus gedoe van mezelf, dat is televisie waar ik graag naar kijk. Niet elke Zomergast is even interessant en de huidige presentatrice valt in het niet bij voorgaande presentatoren, maar de aflevering met Louis van Gaal is denk ik voor mij het televisiehoogtepunt van 2018. Louis verklaarde zichzelf daar nog net niet heilig, maar het huis waar hij in opgegroeid is wordt vast en zeker een bedevaartsoord na zijn dood. Kan niet missen. Gelukkig hebben we voor deze programma’s de Nipkow-schijf, alhoewel alleen ‘Onze Man in Teheran’ deze heeft gewonnen en deze prijs lang niet zo breed uitgemeten wordt. Jammer.

Naast al deze tv-programma’s is er nog wel eentje die wat mij betreft intussen minstens een nominatie verdient. Een programma waar iedereen het over heeft bij mij in de buurt waardoor ik ook ben gaan kijken en nu wekelijks (als het op donderdagavond op tv is) giechelend als een pubermeisje voor de tv zit. Juist, ‘Temptation Island’ is zo slecht dat het steengoed is. Ik smul ervan. De intriges, de mannen die binnen een dag of vier totaal verliefd worden op een ander en de manipulatie van beelden waardoor er een soort sneeuwbaleffect ontstaat binnen veertien dagen dat niet te stoppen is. Het dendert maar door, zelfs als er niets gebeurt (Thx Joost) en ik zit dus stom te grinniken, 50 minuten lang. Tijdens de reclames appen als een malle over de belevenissen en ik betrapte mezelf er iedere keer op dat ik dan zelfs nog zit te giebelen. Ik ben dus ineens een meisje van 15 als ik Temptation zit te kijken en dat is echt het enige programma dat dat bij me teweeg brengt (dat is maar goed ook, anders zou er namelijk iets niet goed zijn). Daarover nagedacht: ik denk dat de beginjaren van ‘Idols’, en dan met name de auditierondes, dicht in de buurt komen qua gevoel, maar daar zaten soms ook goede zangers en zangeressen tussen. Wat dat gegiechel is kan ik ook niet thuisbrengen: het zit hem er vooral in dat mensen dingen doen die ik nooit zou kunnen voorstellen, in een stuk plaatsvervangende schaamte en in een soort jaloezie op de durf. Ja, ik weet dat er veel (of alles) geënsceneerd is, maar zelfs dat mag de pret niet drukken: ik merk euforie als ik kijk en ik schaam me er geeneens voor. Deelnemer Tim die overstag gaat en totaal niet meer aan zijn eigen vrouw denkt: een kleine juich, hoe triest ook.

Volgens mij typte ik zojuist iets over smaak en zie ik nu ook dat ‘De Luizenmoeder’ de Nipkow vorig jaar heeft gewonnen. Life sucks.